Algemene gemeentelijke heffing gezinnen

De algemene gemeentelijke heffing gezinnen is verschuldigd door de gezinnen als zodanig ingeschreven in de bevolkingsregisters van de gemeente op 1 januari van het aanslagjaar en werkelijk op het domicilieadres verblijvend.

Voorwaarden

  • De algemene gemeentelijke heffing gezinnen is verschuldigd door de gezinnen als zodanig ingeschreven in de bevolkingsregisters van de gemeente op 1 januari van het aanslagjaar en werkelijk op het domicilieadres verblijvend.
  • De heffing is verschuldigd per woning of woongelegenheid, hoe dan ook genaamd, door het gezin gebruikt of tot gebruik voorbehouden, en wordt vastgesteld op 90,00 EUR per gezin.
  • De belasting is ondeelbaar verschuldigd voor het gehele jaar.
  • Een gezin bestaat uit hetzij een persoon die gewoonlijk alleen leeft, hetzij uit twee of meer personen die, al dan niet door verwantschap aan elkaar verbonden, gewoonlijk in één en dezelfde woning verblijven en er samenleven.
  • De heffing wordt gevestigd op naam van de referentiepersoon van het gezin.

Bedrag

Het basisbedrag van deze heffing wordt vastgesteld op € 90,00.

Uitzonderingen

  • Er wordt een vermindering van 45 euro toegekend aan de gezinnen die het bewijs kunnen leveren dat de referentiepersoon van het gezin op 1 januari van het aanslagjaar geniet van de voorkeurtarieven inzake de verzekering voor geneeskundige verzorging op basis van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, met latere wijzigingen.
  • Er wordt een vrijstelling van de algemene heffing voorzien voor de gezinnen die het bewijs leveren dat de referentiepersoon van het gezin op 1 januari van het aanslagjaar recht heeft op maatschappelijke integratie (leefloon) op basis van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie, of steun ontvangt van een OCMW dat geheel of gedeeltelijk ten laste wordt genomen door de federale staat.
  • Wanneer een natuurlijk persoon, die een activiteit uitoefent zoals bedoeld in artikel 2, 2 a) en b) van dit besluit, en samen met zijn gezin hoofdverblijf heeft in hetzelfde gebouw als waarin hij deze activiteit uitoefent, kan de referentiepersoon vrijgesteld worden van de AGH gezinnen. Elke aanvraag tot deze vrijstelling op grond van dit artikel moet, op straffe van verval, schriftelijk aangevraagd worden op het aangifteformulier AGH bedrijven zoals beschreven in art. 11.

Regelgeving

Contactinfo